Zoals het tijdens de week afwachten is tot zondag: Chirodag, kunnen we hele jaar uitkijken naar dat ene hoogtepunt: HET BIVAK!  De oudste groepen gaan 10 dagen op kamp, de jongste slechts 7 dagen.

We gaan meestal op kamp in de periode van 21 tot 30 juli. De sloebers, speelclub en rakwi komen dan na op 23 juli.

Je beleeft er vanalles: toffe activiteiten, het vettigste maar pretigste dagje, avontuurlijke tochten, bosspelen, irritante muggenbeten, dat ene spel dat je maar opnieuw en opnieuw wil spelen,... We doen alles samen: eten, wassen, slapen... Alles samen als één grote familie. Dit allemaal onder begeleiding van de leiding.

We zorgen altijd voor een mooie locatie met een gebouw. De sloebers, speelclubbers en rakwis slapen binnen in het gebouw. Vanaf tito slaap je buiten in een tent. Op de eerste dag van het kamp moeten de leden, met hulp van de leiding, hun tenten opzetten.

Natuurlijk moeten we onze honger stillen en daarvoor hebben we onze kookploeg klaarstaan. Zij zorgen ervoor dat er elke keer opnieuw een lekkere maaltijd op ons bord verschijnt.

Op 30 juli is het bezoekdag en mogen de mama's en papa's hun kinderen terug mee naar huis nemen. Enkel de aspi's en de leiding blijven nog één dag op nawacht voor alles op te ruimen en de bivakplaats terug proper achter te laten

Voor het kamp brengen we ook altijd een bivakboekje uit waar we alle informatie omtrent het kamp nog eens samenvatten, wat moet je meehebben , wat is ons adres (zodat mama en papa of je lief jou een kaartje kan sturen), hoelaat de bezoekdag is, wat er op het programma staat, enzovoort.